“Als kind was ik altijd al een waterrat. Vroeger gingen we in de zomer altijd iedere dag in de Oosterschelde zwemmen. Op mijn 18e kocht ik mijn eerste surfplank. Sindsdien kijk ik bij weerberichten altijd eerst naar de wind: uit welke richting en welke windkracht.
Inmiddels heb ik een aantal surfplanken versleten, maar surfen terwijl de rest van het gezin aan de kant staat te verkleumen is niet leuk. Al jaren geleden ben ik op de catamaran overgestapt. Nu hebben we er meerdere en kunnen we met het hele gezin het water op.
Het leren houdt nooit op. Zo mooi mogelijk over het water, de zeilen trimmen. De boot in balans houden. Hoe beter het gaat, hoe meer je op de details gaat letten. De beste koers, de bolling in je zeil, de rimpeltjes op het water, de Tell Tails, een drijver net uit het water houden, etc.
En als het weer wat ruwer wordt dan wordt het nog mooier. Hoge golven waar je met een drijver doorheen moet steken. Van golven af surfen om meer snelheid te maken. De stroming gebruiken. Op zee ben je één met de elementen.”